WIE WIL NOG RAADSLID WORDEN? |
16-01-2014 |
Raadslid zijn; het was, is, en blijft een mooie functie. Alleen, raadslid in je gemeente, je doet het nooit goed. Er zijn zelfs ‘deskundigen’ die denken dat je overal verstand van moet hebben en dan vooral van financiën. Nu met de enorme decentralisatiewoede vanuit de landelijke overheid is het bijna helemaal onmogelijk om te kunnen voldoen aan de zogenaamde eisen voor het raadslidmaatschap. Natuurlijk wil niemand meer raadslid worden, lijken velen te denken.
Wat is nou de rol van een raadslid en die van alle anderen daarom heen? Burgemeesters die klagen over hun raden, geven blijk van hun onvermogen, want wie is nou de voorzitter van diezelfde gemeenteraad? De burgemeester is verantwoordelijk voor de verkiezingen, dus het zorgen voor een acceptabele opkomst. Er zijn voorbeelden van burgemeester die deze rol uitstekend begrijpen, maar de meerderheid interesseert het niet echt of denkt dat het hen niet aan gaat. Zorgen voor een goede communicatie, waaronder voorlichting, is cruciaal voor de betrokkenheid van de eigen inwoners.
Gemeenteraden zelf denken nog veel te vaak dat zij zo min mogelijk budget nodig hebben. Zo min mogelijk budget voor de griffie, communicatie, opleiding en de rekenkamer(commissie). Deze gedachte is dan veelal ingegeven vanuit het college die wel voor de raad bezuinigingen inboekt, het liefst elk jaar. De wereld op zijn kop, want het bijzondere aan het raadslid zijn is juist dat je niet de deskundige bent. Als raad kan je alleen goed functioneren als de facilitering goed is. Je bent de ervaringsdeskundige als inwoner van je gemeente, dat is je specifieke inbreng met daarbij de politieke kleuring.
De financiële mensen en de mensen van de inhoud, dat zijn de ambtenaren. Zelfs een wethouder hoeft inhoudelijk niet deskundig te zijn. De ambtelijke organisatie is waar de deskundigen zitten. Voor hen is het de kunst om niet alleen de wethouder, maar vooral de raadsleden en daarmee meteen de inwoners zodanig te informeren, dat het overgrote deel het kan snappen. Maar daar zit de echte pijn. Lang niet elke ambtenaar verstaat de vaardigheid om in heldere taal te communiceren, of mag dat. Het is juist decennia de leidraad geweest om het allemaal zo ingewikkeld mogelijk op te schrijven. Des te ingewikkelder en dan liefst in dikke rapporten, des te meer waardering, ook al is iedereen de draad al lang kwijt.
Niet de gemeenteraden maar de ambtenaren en collegeleden hebben scholing nodig in het helder communiceren en vooral ook het aanreiken waar precies de politieke keuzes zitten. De burgemeester (en wethouders) zorgt samen met de griffier voor een intensieve communicatie met de inwoners, zodat deze zich betrokken voelen bij wat de gemeenteraad doet. En als laatste zorgt de burgemeester voor extra voorlichting om de inwoners geïnteresseerd te krijgen, opleiding voor geïnteresseerden en ondersteuning voor diegenen die zelf een partij op willen richten. Een extra opleiding hierover voor elke burgemeester lijkt voor veel gemeenten geen overbodige luxe.
Els Boers, Krachtig Lokaal Bestuur
Laatst vernieuwd: 08-09-2014 om 08:33
Terug